Van Makassar naar Soppeng
Hè, hè, eindelijk een werkend internet in Rantepao! Dat verhaal houden jullie tegoed. Hieronder volgen onze belevenissen van de eerste 3 dagen.
Het is drukkend warm, de zon schijnt door een dun wolkendek. De net gedweilde
vloer droogt tergend langzaam. Het lijkt Indonesië wel maar we zitten nog in Schoorldam.
Alles is gepakt, het huis opgeruimd en schoon want het blijft bewoond
gedurende onze afwezigheid. We doen de laatste kleine dingetjes als Bart bij de achterdeur staat. Die is ook al op slot. We maken open. Bart brengt ons naar Schiphol. Dat is wel een luxe. We hebben
niet veel bagage maar doordat de zadeltassen bij elkaar gebonden zijn met spanriemen zijn het 2 compacte pakketten van ongeveer 15 kg. Daarnaast hebben we nog een rugzakje voor in de cabine. Met
het openbaar vervoer is dat toch een heel gesleep.
Uiteraard zijn we op tijd bij de baggage drop-off waar we ook onze
boardingkaart krijgen. Bij de nieuwe veiligheidscontrole gaat het bijna mis. We hebben keurig onze toilettasjes in een plastic zakje gestopt maar het was ons niet duidelijk dat deze uit de rugzak
gehaald moesten worden. Ze worden er feilloos uitgepikt en de dame in uniform zag haar kans schoon en dreigde met het weggooien van onze zorgvuldig uitgekiende persoonlijke-verzorgingkit. Ze
begreep ook wel dat dat niet redelijk was maar liet dat niet merken. Antoinette moest (of mocht?) opnieuw door de veiligheidscheck en gelukkig had ze al snel weer een nieuw slachtoffer gevonden
waarvan het flesje water onverbiddelijk in de prullenbak verdween. We konden naar de gate.
De 777 staat al klaar en we wachten geduldig tot we mogen boarden. Het is
geen uitverkochte voorstelling en er zijn meerdere plaatsen vrij. Zo ook naast ons. We hebben dus iets meer beweegruimte dan normaal. Helaas helpt het niet om de slaap te vatten ondanks mijn eerste
Bir Bintang en een 'overheerlijke' Europese maaltijd met aardappeltjes en vis. De rijst met kip was al halverwege het vliegtuig niet meer leverbaar. Gek hè!
Zo komt het dat ik dit uitgebreide verhaaltje zit te tikken.
De vlucht verloopt volgens schema en de overstap in Jakarta zonder problemen.
Iedereen moet door de douane en bij imigrasie krijgen een reisvergunning (alleen voor toeristen) en hoeven we geen Visum te kopen. Het lukt ons om in korte tijd miljonair te worden dankzij een ATM
en een telefoonkaartje te scoren. We lopen onze 'achterburen' uit het vliegtuig tegen het lijf en drinken samen een vruchtensapje wat dankzij het Bahasa Indonesia van Antoinette toch wordt wat we
graag willen. Heel gek, maar in het vliegtuig wisselden we slechts een paar woorden toen we gingen zitten, daarna niets meer. Hij blijkt ook motorrijder te zijn en ze reizen op eigen
gelegenheid.
Iets later dan gepland vertrekt de 737 vanaf Jakarta richting Makassar en
precies om half zeven voelen we de drukkende warmte als we in de 'slurf' stappen. Het is nog 31 graden????. Met het bonnetje komen we na enige consternatie toch in een taxi terecht die ons naar het
hotel brengt. Alles klopte vandaag en dat geeft een voldaan gevoel. Helemaal als we twee bir Bintang bestellen en er 2 flessen van, naar schatting, driekwart liter geserveerd
worden.
Proost, op een goed vakantie!
Zondag 23 aug.
Ik word wakker om 3.00u en weet onmiddellijk waar we zijn. Het lichtknopje
voor het licht in de WC is ietsje moeilijker te vinden...het is een uitdaging voor de komende 4 weken.
De wekker staat op 6:00u maar dat halen we niet. Om 6:30u duwen we onszelf
uit het bed en nemen een koele douche. De zon is al warm als we naar het restaurant lopen terwijl de tuinmannen in dit sjieke hotel de planten bewateren en de bladeren bijeen vegen. Een dagelijks
ritueel in Azië. Het ontbijt bestaat uit een nasi goreng met gebakken eitje en een soto makassar. Peter herkent er stukjes hart en lever in. We hebben uitzicht op de aanlegstijger van kleine
ferrybootjes die tientallen mensen overzetten en soms ook brommertjes. Zonder veel gedoe worden deze overboord gezet, ook al ligt het bootje een beetje ongelukkig aan de walkant afgemeerd. Het moet
maar zoals het gaat...
Om 7.55 lopen we naar de voorkant van het hotel, want om 8.00u verwachten we
de motoren. In de tuin zitten al allerlei mensen die ons vriendelijk groeten. Voor het hotel is niets te bekennen, behalve dat we meteen een taxichauffeur op ons afkrijgen en een bejakrijder ons in
zijn fietskarretje probeert te praten. Ze druipen snel af als duidelijk wordt dat we eigen vervoer hebben..
Terug in de tuin worden we aangesproken door een moslima en bij haar zitten 2
mannen. Zij is Weny, van Khiri travel en de 2 mannen zijn de trotse eigenaren van de motoren.
Precies op tijd dus. We lopen naar de parkeerplaats en daar staan ze. Keurige
Honda's. We lopen er even omheen. Geen bijzonderheden. Om 8.45u hebben we de sleutels en papieren al . Snelle actie!
Even nog de draadjes aanleggen voor Garmin en laden van apparatuur, dan hoeft
dat morgen niet, vandaag willen we ze alleen gebruiken als testritje. Bij het verwijderen van het zijkapje ontdekt de parkeerwacht een lekkende tank. Het wordt al snel erger en ik bel naar Weny.
Gelukkig hadden we gisteren al een Indonesische simkaart gekocht dus ook dat werkte prima. Een half uur later waren ze weer terug. De tank was er met 1 boutje af en bleek te lekken op 1 klein
puntje. Net ontstaan! De eigenaar Eko, reed snel weg om 2 componenten lijm te halen en even later lag de tank in de zon te drogen. 15 minuten later was alles gefixed en konden we op
pad.
Eerst tanken en zelfs met de Garmin viel het niet mee om een tankstation te
vinden. Alles is hier 1 richting verkeer, maar sommige stukjes hebben we even gesmokkeld...
Met volle buikjes rijden we naar het zuiden. Het is even wennen aan de
hectiek maar dat gaat snel. Als ik even een gaatje laat vallen tussen Peter en mij wordt dat onmiddellijk in beslag genomen door wel 3 of 4 brommertjes die vinden dat er best nog wat bij kan.
Auto's haal je links of rechts in, dat 'mag' allebei.
Onderweg kopen we proviand voor de komende dagen: in een supermarkt een fles
water, kelapa koekjes en hartige koekjes en bij een fruitstalletje wat mandarijnen, salaks en een mango. Als de tandeloze eigenaar van 100000 rp moet teruggeven lukt dat niet. (Wij willen wel graag
ons 'grote geld' stuk hebben) dan proberen we een 50000. Hij loopt naar een buurkraampje om het te regelen. Later wordt ons duidelijk dat hij het briefje wat hij in zijn hand had uit zijn eigen
potje gehaald had en niet van ons gekregen had. In het hotel analyseren we de situatie nog eens en we denken dat hij dubbel pech heeft gehad. Fruit 'verkocht' en wisselgeld gegeven maar niets
gevangen.
We nemen een weg binnendoor waar veel huizen op palen staan,welke ook mooi in
pasteltinten zijn geschilderd. Buginese stijl. Soms zwaait er iemand enthousiast, maar we word fijn met rustgelaten. Het wordt langzaam toch wel iets minder spannend. Buiten het drukke Makassar is
het groener en duidelijk rustiger. Als we het rondje bijna afhebben, belanden we weer in de drukte en dat gaat duidelijk soepeler dan de start.
We koelen even af in het zwembad waarbij Antoinette nog uitglijdt op de
gladde natte vloer. Ze bezeert zich een beetje aan haar schouder en nek door de klap. Wel geschrokken maar het valt gelukkig mee.
Lekker opgefrist lopen we naar Fort Rotterdam. Volgens het boekje gaat het om
vijf uur dicht maar het is een drukte van belang. Honderden brommertjes geparkeerd op de stop en half op de weg. Er blijkt een kuliner (gewoon hardop uitspreken) festival gaande te zijn. Rond het
centrale grasveld staan tentjes met etenswaren en er is een herrie van belang met mensen die in microfoons praten. Een gezellige, gemoedelijke drukte.
We worden aangesproken door een jonge jongen die voor school een interview
moet doen om zijn engels te oefenen. Een andere jongen filmt het geheel. Als Twan dan ook nog Bahasa spreekt is het ijs gebroken. We zijnde enige westerse toeristen en men kijkt wel naar ons. We
nemen een bakje geitensoep gemaakt met kokosmelk en sereh en lontong. Terwijl we dat staan op te eten komt de omroeper aanlopen en zet Antoinette voor het blok en begint in het Engels vragen te
stellen. Ze antwoordt hem in het Engels. 'Ze vindt het geweldig in Makassar', 'en waarom?' Omdat ik lekker kambing eet... Gelach uit het publiek. Als ze een vraag niet goed verstaat zegt de
omroeper in het Bahasa: 'tja, stel ik een vraag, verstaat ze 'm niet' waarop Antoinette zegt: 'pas op hoor, ik spreek ook Bahasa' erg grappig.
Jongelui willen met ons op de foto alsof we celeb's zijn en als we naar een
restaurantje lopen vraagt er weer een iemand, nu een meisje, of ze een interview mag doen. Ook weer met de camera en met ons poseren.
In het restaurant keert de rust terug. Even gaat het mis met de Ikan Bakar
maar gelukkig komt het goed. Helaas is onze 2e gang uitverkocht (gadogado) en laten we het bij een kleine maaltijd maar wel met een Bintang besar.
In de lobby van het hotel proberen we een ander wifi station maar ook daar
lukt het niet om te internetten. Het thuisfront moet maar even wachten.
Misschien lukt het morgen...
Maandag 24 aug.
Ik schrijf de datum maar even op want we zijn er helemaal
uit.
Twee tjiktjaks kijken toe hoe ik op het terras bij wisma Monasco dit
verhaaltje tik. Het is nog zeker 25 graden en de zon is onder. We hebben net een nasi kuning met tempeh goreng, ajam en telor achter de kiezen met een glaasje water erbij. Hier geen Bir Bintang in
Soppeng met de grote moskee in het centrum op een berg. Bij het drankje vooraf in een ander restaurantje begon de oproep voor het avondgebed. Het geluid uit de speakers overstemt zelfs het
geroezemoes en geknetter van brommers en motoren. Overal waar we gaan zitten worden we aangesproken en willen mensen een praatje maken. Kinderen, ouderen en volwassenen. Soms om hun Engels te
oefenen en soms uit nieuwsgierigheid. Jongens willen met mij op de foto en de eigenares met Antoinette. We lijken een bezienswaardigheid. Toch zeggen ze dat er veel toeristen komen maar wij hebben
ze nog niet gezien.
De krekel looptom 6 uuraf en half 8
staan we bij de motor de tassen erop te knopen. De eerste keer altijd even kijken hoe dat het beste gaat.
Met wat vragen en zoeken vinden we de oude haven (Paotere) waar de boten
aankomen, geladen met vis, en allen andere mogelijke spullen. Het is al erg warm rond die tijd en de rica-rica heeft zijn effect op mijn spijsverteringsstelsel. We zoeken een kamar kecil maar het
restaurantje verwijst ons naar een boot. Over de wankele plank klim ik aan dek en de bootsman wijst mij 'het toilet'. In een hoekje van de overhangende plecht is een gat in de vloer waar ik de
vissen mag voeren. Eerst wat water scheppen met een puts, dan heb je nog schoon water????. Een ervaring rijker drinken we en colaatje en lopen nog wat over de kade. Tegen tienen rijden we via hele
drukke straatjes naar de route parallel aan de tolweg die niet voor brommertjes (zoals wij) bedoeld is. De route wordt ook gebruikt door grote vrachtwagen en auto's. De brommertjes weven zich
tussen de verkeersreuzen door en wij volgen het voorbeeld. We doen eindeloos over de eerste tien kilometer. Langzaam wordt het wat rustiger maar het blijft bebouwd en pas tegen de eerste bergen aan
wordt het groener. We stoppen even bij de ingang van Bantimurung National Park. De ingang is waarschijnlijk het leukst als je de boeken moet geloven.
Een gigantische aap en vlinder sieren de poort, maar de achterzijde laat
duidelijk zien dat het verval ingetreden is. We rijden door, de bergen lokken...
Ineens de eerste haarspeldbocht en dat is even wennen. Geen tijd daarvoor,
want nr 2 volgt al snel. Koudwatervrees kun je hier niet hebben want het is snikheet en ondanks onze tropenjasjes die doorwaaien en de lichte motorbroeken, loopt het zweet in straaltjes over mijn
lijf. Op de rechte stukken word ik soms links en rechts ingehaald maar de pittige Honda staat zijn mannetje in de bochten. We stoppen bij een warung voor een ijskoffie, een lemper en een wc. Ik
word naar achter het huis verwezen maar kan in de tuin niets vinden. Ik vraag het nogmaals en dan blijkt dat ik bij de buren moet. Tja, soms is het niet zo simpel, maar het komt altijd goed. Met
een nieuwe fles water in de fleshouder kunnen we er weer tegen. De bochten houden niet op, en we rijden hier door de jungle. Ik bedacht dat het is als rijden op de Posbank, maar dan met de geuren
en kleuren van Burgers Bush. Het is prachtig. Totdat je als tegenligger een dikke vrachtwagen hebt die moeizaam de berg op kreunt en een dikke dieselwalm achterlaat. Maar goed, dat is het
gewoon.
Na de bergen belanden in een langgerekt dal waar een lekker windje doorheen
waait. Helaas zijn ze hier ook de weg aan het asfalteren, dus de al kaal gemaakte wegdelen werpen stofwolken zand op. Knarsetandend stoppen we bij een rumah makan, dorstig en hongerig. Ze hebben
een buffet en we mogen zelf opscheppen. We vallen wel op, maar iedereen laat ons gewoon onze gang gaan. Helpen waar nodig maar ze vinden het fijn dat we gewoon bahasa Indonesia spreken. We eten
lekker, een bordje met pikzwarte inktvis, jonge nangka en vis, rijst en een gekookt eitje.
We vervolgen de weg die soms goed is, en vaak wat minder. Het rijdt nu lekker
door. Er is een duidelijke splitsing en we denken dat we op de kaart weten waar we zijn en maken een inschatting tot waar we vandaag kunnen rijden. Dan blijkt dat de Garmin een heel andere afstand
aangeeft dan de kaart. Nou ja, we rijden maar gewoon. Onderweg vraag ik waar we zijn, en dan blijkt dat we Nog lang niet bij Pankajene zijn. Gewoon 50 km vergist...dat valt een beetje tegen maar we
hebben geen haast. We rijden gewoon tot een uur of 4. Dat is lang genoeg voor dag 1. Dan ineens is er de verrassing van de dag: mooie groene rijstvelden aan weerszijden van de weg. Mensen die in
het veld aan het werk zijn, bergen op de achtergrond: kalenderplaatje. We stoppen. Normaal zou je denken dat er geen ruimte is om te stoppen, maar na vandaag hebben we geleerd dat alles kan: keren
op de weg, op een eenrichtingsweg toch tegen het verkeer inrijden en dan ook nog aan de 'verkeerde kant!) links en rechts inhalen je kunt het zo gek niet bedenken. Alles vlecht zich in elkaar,
zolang de snelheid maar niet te hoog is. Vandaag zijn we niet boven de 80km/u geweest.
De rijstvelden rondom Makassar zijn allemaal al geoogst en sommige zelfs al
platgebrand. Op anderen velden is de oogst volop bezig, maar dat ziet er niet zo lekker sappig uit als een mooi groen rijstveld. Anderzijds zien we wel weer een groep paardjes die zwaar beladen met
zakken rijst het veld af komen stappen als we voorbij rijden. We stoppen voor een foto en dan blijkt dat ze allemaal een vrolijk belletje om hun nek dragen. Dat hadden we niet gehoord. Als je denkt
dat Azië stil en sereen is: nee dus. Alles en iedereen maakt lawaai. Getoeter bij inhalen, de moskee 5 keer per dag, luidruchtige brommers enz.
In Soppeng blijken meerdere hotels te zijn maar we kiezen voor een wisma
(homestay) met een kamar mandi waar we graag even gebruik van maken.
Morgen proberen we Rantepao te halen maar meer dan 200 km is wel
optimistisch. Vandaag 170 km gereden met een trage start.
Reacties
Reacties
Wat een heerlijk verhaal. Ogen dicht en ik zie het voor me! Bekende plaatsnamen :-)
Heerlijk genoten van jullie verhaal.
Veel plezier en ik hou het blog in de gaten!
Vanuit het haast tropische Schoorldam naar een eiland in Indonesië - het lijkt een kleine stap - maar een wereld van verschil. Mooi relaas, nu al. Er valt voor de lezer ook nog wat Bahasa te leren op deze manier.
Veel succes met de verdere tocht!
Da's al veel voor de eerste dagen . Maar klinkt goed al is het niks voor ons zo. Geniet maar lekker samen. Xxx
Beste tijger peter en tijgerin antoinette terima kassi voor het verslag van de eerste dagen daar op pulau makassar. Jullie zijn echt wel vanl het Harimau-team. Het gaat als de gesmeerde bliksem daar , heeft dat wat te maken met de makassar olie dat jullie zo hon-da-verend grote afstanden afleggen? Het viel wel op dat er veel melding wordt gemaakt van het kamar kecil gebeuren....tjee zeg wat zullen jullie mager worden.....
Heel bijzonder jullie ervaringen te lezen. Ga er een kaart bijhalen om te kijken hoe het verder verloopt. Grt XX
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}